10 aug Bijzonder, zowel Beacon Island als het zeeleven!
Bijzonder, zowel Beacon Island als het zeeleven!
10 augustus 2013
Verslag van Arno:
“Houtman Abrolhos; klinkt Nederlands, maar we zijn toch echt bij de Australische westkust. Als je hoort over de Houtman Abrolhos-eilanden gaat er misschien niet direct een lichtje branden, maar als we het hebben over de ondergang van het VOC-schip ‘Batavia’, dan heeft bijna iedereen hier wel iets over gehoord. Een kleine 400 jaar geleden dramatisch aan de grond gelopen met alle gevolgen van dien, een kleine 50 jaar geleden dat men de scheepsresten had gelokaliseerd, en nu, anno 2013, zijn er drie Nederlandse zeilschepen die maar eens een kijkje gaan nemen. Hoe gelukkig mogen we nu zijn dat we hier voor anker liggen met de ‘Oosterschelde’, geen VOC en met moderne navigatie middelen, maar toch, we liggen er.
De reis erheen was voornamelijk motorzeilend, daar de wind precies uit de verkeerde hoek kwam, en ondanks dat er een paar mensen last hadden van de zeegang, kwamen we na twee dagen aan. Onderweg werden we al opgewarmd door een fotopresentatie van Jaap over de Batavia-replica en eenmaal geankerd waren er nog twee presentaties over de ondergang van de ‘Batavia’ en het bepalen van de oudheid van opgedoken restanten. Het bezoek aan Beacon-eiland (daar waar op twee km zuidelijker de ‘Batavia’ aan de grond liep) is na deze lezingen dan ook wel indrukwekkend. Om te zien hoe men daar moest zien te overleven, petje af. Op het eiland heeft men later ook een gedenksteen laten plaatsen, als herdenking en misschien ook wel als een soort van eerbetoon aan hen die hier hebben gebivakkeerd.
Maar toch, aan de andere kant van deze toch wel prachtige omgeving, is het ook goed om te zien dat er genoeg te eten is (was), want toen we het eiland verlieten en ook de dag erna sprong het eten letterlijk uit de Indische Oceaan naar boven. Het ene moment waren we verzeild geraakt in een groep tonijnen die waarschijnlijk op jacht waren naar iets eetbaars. We zaten eigenlijk te wachten, en te hopen misschien wel, dat ze spontaan in de dinghy zouden springen. Met bosjes zag je ze ver boven het water uitspringen. Een dag later bijna hetzelfde, alleen waren het dit keer geen tonijnen maar was het een bultrug-familie die ons kwam vermaken met hun acrobatische sprongen.
Al met al is dit dus wel reis die ons de rest van ons leven bij blijft staan, horen we iets over de ‘Batavia’ dan komen de herinneringen aan deze reis vanzelf weer naar boven.
Voor mij persoonlijk is dit pas het begin dus het belooft nog wat voor de komende periode.”